§ 5.3 HET STILLEVEN

PLATFORM DOCUMENTAIRE FOTOGRAFIE

Het stilleven

Als we het woord stilleven horen denken we al snel aan de fruitschaal met fraai licht op de appeltjes of aan de doodskop met verdorde bladeren. Daar is overigens niets mis mee. De schilderstukken uit de 17e-eeuw doen het nog steeds prima als museumstuk en ook fotografen die thans nog kiezen voor deze romantische benadering van stillevens ‘halen’ met gemak de kunstgalleries.

Stilleven | © Charles Niël

Deventer fotograaf Charles Niël speelt met licht zoals de Hollandse meesters

Charles Niël uit Deventer fotografeert stillevens zoals de grootmeesters ze in de zeventiende eeuw schilderden. Het verschil is niet te zien. Niël is één van de vier fotografen in Nederland die dat voor elkaar krijgt. Zijn foto’s lijken afkomstig te zijn uit de musea met schilderijen uit die tijd en ze lijken honderden jaren oud. Toch zijn ze pas in de afgelopen jaren gemaakt. Met engelengeduld en een perfectie die niet te onderscheiden is van de grootmeesters. Je moet echt heel goed kijken of het stiekem toch niet een schilderij is. Helemaal vanwege de oude antieke omlijsting die zijn foto’s sieren op exposities. Photoshop komt er niet aan te pas. Het geheim zit ’m in de juiste belichting, waarvan de Claire-obscure onderdeel is.

Pepper | © Edward Weston

Fotografen in de tijd van de nieuwe zakelijkheid [de periode na de eerste wereldoorlog] benaderde de fotografie -en daarmee ook het stilleven- op een andere meer stilistische manier. De kunststroming was een reactie op het expressionisme en wordt gekenmerkt door een stijl waarin alledaagse voorwerpen op een zakelijke – emotieloze – manier werden weergegeven. Liefst zo eenvoudig mogelijk zonder al te veel opsmuk en tierelantijnen. De ‘wereldbekende’ paprika van fotograaf Edward Weston kun je hiertoe rekenen. Maar ook de vork en het bord van de beroemde fotograaf Kertész [1894 – 1985]. Ondanks dat de zakelijke stijl zie je wel dat deze fotografen het vak verstonden en gebruikte zij juist de fotografische middelen om een sterke foto, d.w.z. met zeggings- of beeldkracht, te maken. Met name omdat de foto’s voor een belangrijk deel stoelen op de fotografische middelen lijkt de esthetica en de romantiek niet ver weg in dit soort beelden.

Mirroring Life | © André Kertész

Uit een ander vaatje getapt

Uit het boekje ‘the photograph as contemporary art’ [isbn 9780500204184] heb ik enkele foto’s gefotografeerd. Ze staan in het hoofdstuk ‘Something and Nothing’. De foto’s in dit hoofdstuk gaan over dingen. Heel vaak heel gewoon, maar misschien juist daarom soms toch bijzonder.

Quit afternoon 1984-1985 | © Peter Fischli & David Weiss

De eerste foto van het kunstenaarsduo Peter Fischli [1952] en David Weiss [1946-2012] lijkt qua uiterlijk -toegegeven- met wat fantasie wel wat op de foto van het bord en de vork van André Kertész. Maar in de betekenis van het werk is dat in de verste verte niet het geval. Het duo gaat voorbij aan het zakelijke, de eenvoud en het stilistische van Kertész. Ze suggereren juist een betekenis van instabiliteit, van tijd en momentum. Ze drijven de spot met de wetten van de zwaartekracht en de materie als zodanig. Bovendien door de combinatie en de materialen wordt de context anders, vreemder, surrealistischer.

Het duo werkte van 1979 tot 2012 samen aan foto series, video’s, installaties en sculpturen waar onderzoek, ontdekkingen en humor nimmer ver weg waren. Ze werkten met alledaagse materialen die ze vaak plaatste in een absurde en humoristische context. In hun kunstwerken grepen ze terug naar de dadaïsten zoals Duchamp en Man Ray uit de begin jaren in de vorige eeuw.

Uit het boek King Cross, London 1999 | © Richard Wentworth [1947]

Richard Wentworth [1947] is een Engelse beeldhouwer|fotograaf en een belangrijke figuur als het gaat om het ontstaan van een ‘beweging’ in de jaren zeventig onder de titel van de ‘New British Sculpture’. In zijn fotografie legt hij het ongewone of ‘contra-intuïtieve gedrag’ van dingen vast. Het effect is dat je je afvraagt – je plotseling bewust wordt – wat er in godsnaam gebeurd is dat deze dingen op die plek en/of in die hoedanigheid er zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor de foto hiernaast van de autodeur voor de toegang tot de deur van een huis. Een barricade, een misplaatste grap, dronken jongeren, …. je weet het niet, maar vreemd is het wel. Hij maakt ons bewust van de aard van de dingen in een omgeving die niet past in ons verwachtingspatroon. De reden dat we onze wenkbrauwen fronsen en misschien wel gaan nadenken over de dingen ‘van alledag’.

Nog een ‘dubbele bodem’ van Richard Wentworth | © Richard Wentworth

Ook de foto van de folder tussen de jaloezielamellen met bovendien nog de verschuiving van de tweede jaloezie komt heel vreemd en onwerkelijk over. Minstens zet je vraagtekens bij de functionele betekenis. Ongemerkt dwingt de fotograaf ons tot een interpretatie van wat je ziet. Feitelijk is het geen abstracte foto maar het ‘nut of gebruik’ lijkt zover weg van wat we doorgaans veronderstellen dat er een soort van abstraherende kunstzinnige interpretatie aan wordt gegeven.

Van de esthetische foto’s van Kertész en Weston en de klassieke stillevens zien we in de laatste voorbeelden stillevens waarbij de foto’s meer het ‘ding-zijn’ benadrukken en waarbij ze een andere betekenis krijgen doordat ze op een conceptuele manier veranderd zijn door de fotograaf. De fotograaf dwingt ons om anders dan vanuit een schoonheidsbeginsel of vanuit het specifieke fotografische/fotogenieke naar deze foto’s te kijken. Er is sprake van een verwijzing waarbij ‘het ding’ in een bepaalde context gebruikt wordt.


Hedendaags in Nederland

Still/Life is een expositie die door Foam is samengesteld en voor het eerst in 2011 in het museum in Amsterdam te zien was. De expositie is vervolgens op verschillende plaatsen (waaronder in China in 2016) getoond omdat ‘het moderne stilleven’ wel iets speciaals is van de hedendaagse Nederlandse fotografie. Voor een grote groep hedendaagse  fotografen blijft het stilleven  een continue inspiratiebron. Zij verbeelden hun stillevens echter vanuit een sterk gemoderniseerd concept.

Fruit, 2008 te zien in de expositie Still/Life FOAM | © Krista van der Niet

Ondanks dat hier ook ‘het fruit’ in beeld is gebracht, verwijst de foto zeker niet naar het ‘klassieke of esthetsiche’ stilleven. Enerzijds door de eigenzinnige rangschikking van de voorwerpen en de lichtvoering maar vooral ook vanwege de toevoeging van de panty. In een klap gaat het nu om een verwijzing, een vraag naar de betekenis!


definities

Tot nu toe hebben we aan de hand van voorbeelden gekeken naar stilleven fotografie. Bij de eerste voorbeelden ging het over stillevens met als doel de esthetische waarde van (het samenstel der) dingen te laten zien. Vervolgens hebben we stillevens bekeken waarbij er sprake is van een verwijzende functie. Het stilleven wordt gebruikt om iets over dingen te zeggen in een bepaalde context waardoor er ‘een soort van’ nieuwe betekenis ontstaat. Ton Hendriks beschrijft in zijn – al eerder aangehaalde – boek Beeldspraak drie typen stillevens. Het esthetische stilleven waarmee we dus al kennis hebben gemaakt. Het verwijzende of metaforische stilleven, ook daar hebben we enkele voorbeelden van gezien. En als derde het documentaire stilleven. Dat stilleven komt verder in deze paragraaf nog aan de orde.

Als algemene definitie van het stilleven wordt meestal opgevoerd:

Onder het stilleven wordt doorgaans verstaan de fotografie van objecten, voorwerpen of dingen. In de meer traditionele zin wordt dan vaak gedacht aan relatief kleine voorwerpen.

Ik vind het een wat ‘enge’ omschrijving van het begrip stilleven. In de voorbeelden van Wentworth hebben we al gezien dat ook foto’s van grotere objecten ertoe gerekend kunnen worden. In mijn ogen kan zelfs menselijke delen in een foto gerekend worden tot de stilleven fotografie. Hieronder een voorbeeld van twee foto’s van Edward Weston.

Zeker omdat het hier gaat om het formalistische en esthetische in de fotografie zou je wat mij betreft ook het naakt wel een stilleven kunnen noemen. Dus wat mij betreft is het begrip stilleven niet zo afgegrendeld en mag wat ruimer geïnterpreteerd worden. | © Ed.ward Weston
Een stilleven …? | foto uit de serie ‘A la recherche du corps perdu’ | © Jean Marie Piron

In de afgelopen jaren gaf ik in het kader van een training beeldstijl (meerdere avonden) de huisopdracht om vormen van stillevens (en hun betekenis) te onderzoeken. Vervolgens bundelde ik deze op hoofdlijnen en diversiteit. Bijgaand kun je een Pdf downloaden met daarin het werk van de cursisten. Naar mijn idee geeft het een mooie inkijk in de diversiteit van het stilleven.

Voordat ik het documentaire stilleven aan de orde stel wil ik nog drie fotografen noemen met een speciale focus op het stilleven.


Caroline Heinecke

Still #12 | © Caroline Heinecke

Caroline Heinecke [1986 Nordhausen, werkt en leeft in Berlijn] is stilleven-fotograaf. Ze studeerde visuele communicatie aan de Universiteit in Dessau. Een paar jaar geleden besloot ze om haar gevoel voor composities van kleuren, vormen en arrangementen in het medium fotografie uit te gaan drukken. Ze ging opnieuw naar de academie, de welbekende Ostkreuzschule für Fotografie in Berlin. Ze slaagt erin om van alledaagse dingen visueel spannende ‘plaatjes’ te construeren door middel van een bijzonder ontwerp.

Ze heeft een eigen kijk op stillevens en dan vooral het hedendaagse moderne stilleven. Kijk op haar website bij de stillevens en vergelijk dat met het klassieke stilleven. Ondanks dat er best visueel en in esthetisch opzicht volop te genieten is, zit onder elke foto wel een verwijzing naar ‘het bestaan der dingen in een persoonlijke ideeënwereld.’

De serie ‘Meester van Dingen’ – ook van haar hand – lijkt in eerste instantie niet over het stilleven te gaan. Ze zoekt naar mensen die dingen verzamelen waarbij het eigenlijk een nutteloze bezigheid lijkt en ook de verzameling als zodanig is vreemd. Met name door wat de dingen zelf zijn. Wat te denken van het verzamelen van lipsticks, WC papier of teennagels. Het komt allemaal voor. Ze fotografeert een klein deel van de verzameling, soms met de verzamelaar erbij. Het stilleven -als verzameling- wordt het onderzoeksgebied en er worden vragen gesteld naar betekenis van ‘die bezigheid’ en naar de verzameling op zich. En zeker ook ‘wie is de verzamelaar’. Deze serie is best te betitelen als een documentaire serie.

Portrait von René Koch auf seiner Couch Beautycoach | © Caroline Heinecke

Michaël Ferron

Is een Nederlandse fotograaf die jarenlang journalistiek fotograaf was. In de jaren negentig had hij het helemaal gehad met zijn werk als fotograaf en wellicht ook wel met zijn bestaan in Nederland want hij verkocht al zijn apparatuur en vertrok naar New York. Daar hervond hij zich in de autonome fotografie en met name in de stillevens. Terug in Nederland heeft hij het stilleven commercieel te gelde gemaakt. Hij begaf zich professioneel in de reclamefotografie waarbij het stilleven moest worden ingezet om een bepaalde betekenis tot uitdrukking te brengen. Dat kon hij als geen ander omdat het stilleven voor hem sinds zijn New Yorkse tijd al een persoonlijke uitlaatklep was geworden en hij met veel ervaring uitermate goed in staat was om verwijzende stillevens te maken; in de reclamewereld echt een pré.

wodkafles | © Michaël Ferron

Een van zijn belangrijke stillevens in zijn vrije werk is de ‘wodka-fles’. Aan de hand van deze foto is goed uit te leggen wat de diepere betekenis van de stilleven fotografie voor Ferron is. Zijn vader keek regelmatig te diep in het glaasje en op enig moment -‘het was een zondagmiddag’ volgens Ferron- wilde hij in vaders voetsporen treden. Het idee van ‘zo vader zo zoon’ bleek niet aan hem besteed want kostmisselijk en aangeschoten viel de fles en brak in vele stukjes. Hij heeft alle glasscherven gelijmd en de fles vervolgens gefotografeerd. De fles als een symbool, een verbinding met zijn verleden. Het stilleven als verwijzing en metafoor naar het alcoholisme in het algemeen en van zijn vader in het bijzonder. Zelf zegt hij dat stillevens voor hem vaak therapeutisch werken. Zijn ervaringen, gemoedstoestanden en herinneringen worden geleid naar een beeld. Als je dat weet is het iets eenvoudiger om verwijzingen in zijn foto’s te zien. ‘Iets eenvoudiger‘ om er een eigen interpretatie aan te geven, maar het ‘denken en voelen’ vanuit de ander blijft complex.

Kijk eens naar zijn stillevens op zijn website en ga eens na welke verwijzingen of metaforen je wellicht kunt ontdekken. En dat het stilleven een grote verscheidenheid aan beelden heeft, blijkt ook heel mooi uit zijn foto’s.


Wurm op de grens

Een andere kunstenaar die zich op de grens van ‘wel-of-niet’ stilleven beweegt is Erwin Wurm [1954 Stiermarken]. Hij is van origine beeldhouwer maar redelijk wat van zijn werk bestaat uit sculpturen die hij vervolgens fotografeert en als autonome fotografische werken een eigen ‘nieuw’ leven geeft. Hij maakt ook steeds vaker alleen foto’s waarbij hij een uniek moment creëert met dingen in combinatie met mensen. Humor en een vleug ironie in zijn werk kunnen hem zeker niet ontzegd worden!

One-Minute-Sculpture Freud’s rectification Philosophy digestion | © Eric Wurm
Stil life zoals je het misschien nog niet eerder bedacht had….

Als je een strikte aanhanger bent van definities en je onderschrijft de definitie die eerder in deze paragraaf is genoemd, dan gaat het werk van Wurm misschien net iets (of misschien wel mijlen) te ver. Toch hoop ik dat je je wat uitgedaagd voelt om ‘out of the box’ te willen/kunnen/blijven denken.


Het DOCUMENTAIRE STILLEVEN

Als we het nog even kort door de bocht formuleren dan verwijst het esthetische stilleven naar de schoonheid der dingen – in de meest uitgebreide betekenis – die als zodanig door de fotograaf in zijn werk wordt beleefd. Hij/zij past fotografische beeldmiddelen toe – zoals kleur, type licht en lichtrichting, vormen, scherpte, onscherpte e.d. – om het meest optimale, ‘de extreme schoonheid’, in zijn foto’s weer te geven.

Bij het verwijzend stilleven zal de fotograaf een ‘nieuwe of eigen betekenis’ aan de dingen willen geven. De inhoud van de foto is als het ware door de fotograaf bedacht. De geknakte steel met nog een frisse bloem in de knop stuur je niet naar een vriend die net te horen heeft gekregen dat hij ernstig ziek is. Immers – hoe mooi de foto van de bloem ook in zijn kleur is, of de vlakverdeling o zo oogstrelend – uiteindelijk verwijst het beeld naar het verval op termijn. Het verwijzende beeld communiceert op de inhoud. De verwijzing ontspruit in de eerste plaats uit het brein van de fotograaf, als bedenker. Zowel het gevoel als de ratio zijn daarbij van belang. De conceptuele fotograaf -de fotograaf die vooraf nadenkt over het te maken beeld- zal zeer waarschijnlijk meer een beredeneerde verstandelijke verwijzing in zijn beeld laten zien, terwijl de intuïtieve fotograaf mogelijk een verwijzing ‘produceert’ die meer gestoeld is op zijn emotie (mogelijk zelfs wel van dát moment). De ‘tegenstelling’ ratio-emotie geldt natuurlijk ook voor degene die de foto bekijkt. Het verwijzende stilleven als foto krijgt vanuit de psyche van de mens betekenis. Zowel de boodschapper als de ontvanger spelen een cruciale rol in de communicatie. Maar ja, dat is bijna een open deur want eigen aan het begrip communicatie.

Het documentaire stilleven daarentegen heeft te maken met de werkelijkheid, met het leven van alledag, het leven in de samenleving, het leven in maatschappelijke verbanden, het leven toen en nu en zelfs met verwachtingen naar de toekomst. Het doel van het documentair stilleven is om iets te vertellen over de werkelijkheid en zal daarom altijd een relatie daarmee hebben. Een foto van een gootsteen met een smoezelige handdoek ernaast en een stukje zeep, dat maar net voldoende groot is om het in de hand te pakken, vertelt iets over degene die daar woont. Iets over zijn of haar bestaan.

Een voorbeeld van een documentair stilleven

Miyako Ishiuchi [1947] is een Japanse fotografe. De relatie tussen haar en haar moeder was zeer matig en eind jaren negentig besloot ze om haar moeder te fotograferen juist om de relatie met haar nadrukkelijker te onderzoeken. In 2000 overleed moeder en ondanks de eerdergenoemde afstandelijke relatie greep dat Miyako Ishiuchi sterker aan dan dat ze verwacht had en ze besloot haar moeders leven ook na haar dood te blijven fotograferen.

de jurk van moeder | © ishiuchi miyako

de haarkam van moeder | © ishiuchi miyako

Voorbij intimiteit

De serie  Mother’s bestaat uit ongeveer veertig foto’s en werd gepresenteerd in het Japanse paviljoen van de Biënnale in Venetië in 2005. Geproduceerd uit een verlangen om zich te verzoenen met haar moeder, beginnen de beelden met close-ups van het lichaam van de moeder, getekend met littekens van kookongevallen. Na haar dood fotografeerde ze de kleding en bezittingen van haar moeder: haar lippenstift, haar ondergoed, haar schoenen, haar kunstgebit en haar haarborstel. Tussen deze afbeeldingen vinden we een foto van haar moeder uit de jaren veertig. Door de curator van destijds werd gezegd dat met name de objecten door de fotograaf ‘getransformeerd zijn tot krachtige opslagplaatsen van menselijke aanraking’.

Later (2008) heeft ze een serie gemaakt over kleding die is gevonden na de atoombomexplosie in Hiroshima. De kledingstukken werden op lichtbakken gedrapeerd om de persoonlijkheid van de drager te suggereren. In 2013 kreeg ze van het museum de opdracht om een ​​serie foto’s te maken van de bezittingen van de Mexicaanse kunstenaar van Frida Kahlo. Kennelijk heeft Miyako Ishiuchi iets met kleding en persoonlijke bezittingen.

Presenting Hiroshima by Ishiuchi Miyako by Jim Goldberg

de wereld van Letinsky

Laura Letinsky (1962 Canada) woont en werkt in Chicago en ontving verschillende onderscheidingen (o.a. Guggenheim Fellow) voor haar stillevens.

© Laura Letinsky

Misschien lijkt het wel of we eindigen zoals we begonnen zijn. Esthetische foto’s, weliswaar niet zozeer met een (klassieke) verbinding naar vroegere tijden maar een moderne uitvoering. Ongetwijfeld zullen er mensen zijn die met plezier naar de zachte tinten, de schikking der dingen in het vlak en het rustgevende licht kijken. Maar het gaat Lweinsky niet alleen over de esthetiek in de foto’s. Wat er gebeurd lijkt te zijn, kan uitgelegd worden als een spannend verhaal. De taart, mogelijk een bruidstaart, nauwelijks aangesneden, de gevallen glazen, de geknoeide wijn, de vreemde plek in de ruimte,…. het zijn allemaal aspecten waardoor je niet meteen denkt ‘oh wat een fijne mooie plaat’. Mijn eerste reactie is eerder ‘wat is hier gebeurd, wat wil de fotograaf mij vertellen’. Als zodanig zou deze foto als verwijzing – als metafoor – niet misstaan. Er is veel maatschappelijke interpretatie mogelijk waardoor het voor mij veel meer een documentair stilleven is. Stel je voor dat je een documentair project maakt waarin ‘een relatie tussen mensen een verkeerde afloop heeft’. Zonder de foto waarop men elkaars hoofden met deegrollen te lijf gaan, lijkt me deze foto zeker tot zijn recht komen in zo’n project met die titel of dat thema.

Als je naar haar werk kijkt (zie website Laura Letinsky) zie je meer van dit werk waarin door ordening, attributen en het moment een soort van maatschappelijke context ontstaat. Het lijkt of ze een samenleving construeert met fijnzinnige, in eerste oogopslag, lichtzinnige, situaties. Bij een wat nadere en diepgaandere beschouwing komt er iets over van rusteloosheid, een verbinding met de moderne gejaagde wereld. De foto’s worden een input voor de beschouwer om verder na te denken over het leven; de eigen wereld te construeren aan de hand van deze foto’s. Het bestaan wordt door Lewinsky met een omweg -die van het stilleven- aan ons getoond.

Het zijn stillevens maar het leven (de wereld) dat (die) ze ons voorschotelt zijn allerminst stil.


Bertien van Manen ‘La Grand Dame’

Tot slot terug naar het hart van deze lessenserie ‘de Documentaire Fotografie’. Bertien van Manen wordt met recht de ‘Grand Dame’ van de Nederlandse documentaire fotografie genoemd. In 2020 had ze een prachtige en grote expositie in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Ik kende haar boeken maar had nog nimmer een expositie van haar gezien. Net in een gunstige coronaperiode -toen de musea nog open waren- toog ik naar het Stedelijk.

De foto’s vaak meer dan levensgroot (en soms heel fijn klein en intiem) waren overweldigend en ik raakte nauwelijks uitgekeken door de grote betrokkenheid die in de beelden besloten ligt! Het zijn directe observatie maar zodanig gefotografeerd dat er een spoor van het mysterieuze in het leven van alledag aanwezig is. Daarmee worden het beschouwende foto’s, foto’s die je laten nadenken over het dagelijks bestaan van mensen op andere plekken in de wereld. Niet alleen laten nadenken maar ook laten voelen!

Expositie ‘BEYOND THE IMAGE’ met het werk van Bertien van Manen in het Stedelijk Museum Amsterdam in 2020 | © foto Peter van Tuijl

Bertien van Manen [1942] is gestart als modefotograaf maar ze raakte zodanig geïnspireerd door het boek ‘the Americans’ van Robert Frank dat ze besloot om te gaan reizen en persoonlijke fotoprojecten te gaan maken. Vanaf dat moment stond haar fotografie in het teken van de mens. Het werk van van Robert Frank bracht haar op het pad van een informele, losse stijl van fotograferen. Van belang is ‘het leven zoals het is, zoals het zich voordoet’. Ze maakte veel van haar foto’s met eenvoudige kleine volautomatische cameraatjes. Je moet maar eens op haar website rondneuzen om haar prachtige dagelijkse observaties -vanaf pakweg de jaren tachtig tot nu- te bekijken. Het oude werk in zwart wit en sinds midden jaren negentig in kleur. Eigenlijk is de reden dat ik haar in deze paragraaf over stillevens naar voren breng, gelegen in de serie GIVE ME YOUR IMAGE. Op haar website kun je die vinden onder BOOKS en dan het bewuste boek aanklikken om de foto’s te bekijken.

Het is een boek met foto’s van foto’s. Foto’s in een lijstje of zo maar ergens tegen een schilderijtje, op het dressoir of op de aanrecht in de keuken. Foto’s van overleden dierbaren of van de jongste telg uit de familie. Foto’s van foto’s die iets vertellen over de mensen die ze daar neerzetten, mensen die daar wonen. Soms met een bloemetje erbij en een andere keer meer achteloos. Van Manen heeft er een apart project van gemaakt; een documentair project met stillevens.

Heel vaak gebeurt dat niet. Wat wel vaak voorkomt is dat enkele stilleven foto’s opgenomen worden in een documentaire reeks. Omdat ze iets te vertellen hebben, omdat ze aanvullend zijn op het onderwerp of thema. We hebben dat bijvoorbeeld al gezien in § 4.2 bij de serie Kees van Sabine Rovers en in de serie van Melissa Spitz over haar moeder. En ook in § 4.3 toont Beata Stawiarska enkele stillevens in de serie over buurman Henk. Deze en de twee voorgaande paragrafen (het portret in de DF en het landschap in de DF) heb ik geschreven omdat foto’s van zowel portretten, landschappen als stillevens vaak onderdelen vormen van het documentaire verhaal. Juist in verhalen die gaan over het (dagelijkse) leven – die de werkelijkheid als uitgangspunt nemen – zullen meerdere fotografische benaderingen prima werken, zowel in visueel als inhoudelijk opzicht. Dus wat mij betreft schroom niet om in je (toekomstige) documentaire projecten te kiezen voor die veelzijdige benadering, met portretten, landschappen én stillevens. Niet het genre is uitgangspunt maar het verhaal over de werkelijkheid, van feiten tot de persoonlijke inkleuring daarvan.

Nog een mooi recent voorbeeld: Het stilleven als inzet voor de Documentaire Fotografie

Wie het dagboek van een fotograaf van Stephan Vanfleteren heeft gelezen zal het met me eens zijn dat aan deze fotograaf ook een begenadigd schrijver ‘verloren is gegaan’. Nou ja niet echt verloren natuurlijk gezien dat dagboek en de vele korte artikelen -essays- die hij regelmatig bij zijn specifieke fotoseries schrijft. Vandaag 14 april viel me de serie ZONDE in de Volkskrant op. Biechthokken en bordelen: houdt u ze uit elkaar? De Belgische fotograaf Stephan Vanfleteren legde ze vast nadat de gelijkenissen hem waren opgevallen in een Italiaanse kerk.

Stillevens ….. met een documentaire waarde. Weet u nog? DF verwijst direct of indirect naar mensen, situaties of voorvallen die iets vertellen over ons en onze samenleving. Nu, vroeger en in de toekomst.

© publicatie De Volkskrant en Stepan Vanfleteren

We lezen hieronder een klein stukje uit de volkskrant (tekst © Stephan Vanfleteren).

Afgelopen jaar ben ik naar de hoeren geweest. Maar ze waren er niet. Vitrines leeg, deuren op slot. We weten waarom. Kerkdeuren waren wel open, we weten ook waarom. Al heb ik geen priester gezien, noch koor- of schandknaap.Deze zomer dreef een hittegolf me in een koele Italiaanse kerk. Er viel trouwens meer bloot vlees aan de binnenmuren van de kerk te zien dan achter de ramen in de hoerenbuurten. Toen zag ik het: de gelijkenis tussen een biechtstoel en een bordeel. Door een warme wind werd het territorium van discretie en duister ontbloot omdat een gordijn opwaaide. Gordijn als grens, waar biechtgeheim zich verschanst en weerkaatst op bruin, oud eikenhout. Bestaat er een soortgelijke code? Valt ontboezeming in een peeskamer bij een biechtvader vermomd als vrouw van losse zeden onder bordeelgeheim?” [einde citaat]

KERNPUNT

We onderscheiden enkele typen stillevens:

  • het esthetische stilleven, gericht op schoonheidsbeleving en wordt als waardevol beschouwd met name door de fotografische uitdrukking.
  • het verwijzende stilleven, gericht op een ‘nieuwe betekenis’ en heeft een autonoom karakter. Bovendien als toepassing in bijvoorbeeld de reclamewereld.
  • het documentaire stilleven, gericht op de werkelijkheid met als doel daarover iets te vertellen, vaak als aanvulling op een groter verhaal.

Het stilleven wordt in het kader van de documentaire fotografie – net zoals het (situationele) portret en landschap niet vanuit een genregericht idee gebruikt, maar als visuele mogelijkheid ingezet om het (brede) verhaal te vertellen.

Zowel het verwijzende als het documentaire stilleven zijn geschikt om in een documentaire fotografie serie op te nemen.

Opdracht #5.3

In deze opdracht vraag ik je om te kijken naar de serie HOME van de Britse fotograaf Mark Power. Power is lid van de Magnum-groep en hoogleraar fotografie aan de universiteit van Brighton in het zuiden van Engeland. Overigens een plaats waar je als documentair fotograaf heel goed kunt vertoeven en een veelheid aan thema’s voor ‘het oprapen liggen’, maar dat terzijde.

Het project HOME is een samenwerking van Fujifilm en een aantal Magnum fotografen in 2017. De fotografen werden gevraagd het thema ‘THUIS/HUIS’ uit te werken, natuurlijk met een Fuji-camera. Het thema is gekozen omdat iedere fotograaf dat vanuit een persoonlijke betrokkenheid kon uitwerken. En dat is zichtbaar in hoe fotografen HOME verbeeld hebben.

Als je wilt kijken welke Magnum fotografen er allemaal mee hebben gedaan en verdere informatie over het project klik dan hier [website Magnum project HOME].

Bekijk de video hieronder als een soort van inleiding op de opdracht.

In deze video vertelt Mark Power over zijn project HOME

Goed, nu dan de opdracht. Ik wil graag dat je naar de pagina HOME gaat op de website van Mark Power. Die pagina vind je hier [website Mark Power | project HOME]. Onderaan de pagina vind je de link naar zijn foto’s (photographs). Klik daarop om zijn foto’s van dit project te bekijken.

Je ziet dat Power verschillende soorten foto’s in zijn project heeft opgenomen. Ook een aantal stillevens.

  • a) Kun je van enkele stillevens kort beschrijven wat de meerwaarde/bijdrage van deze zijn voor het gehele documentair project. (Je kunt de foto’s klein downloaden en naar mij toesturen zodat ik weet welke foto’s je ter bespreking hebt genomen, maar als het wel duidelijk is uit je beschrijving dan hoeft dat niet.)
  • b) Geef van elk van die stillevens aan wat volgens jou het soort stilleven is (verwijzend of documentair).
het laatste drieluik van de serie HOME | © Mark Power

c) Hierboven zie je het drieluik dat Mark Power heeft gemaakt voor zijn project HOME. Wil je een korte beschrijving geven over de betekenis van dit drieluik én bovendien wat in dit geval het stilleven toevoegt aan de portretten.

Als je wilt stuur dan de verwerking van deze opdracht naar me toe via de mail info@fotopetervantuijl.nl