§ 6.4 Op naar je eigen project IV

PLATFORM DOCUMENTAIRE FOTOGRAFIE

Editen: o zo lastig, maar het moet wel gebeuren

Onder EDITEN verstaan we het samenstellen en ordenen van een verzameling foto’s voor een presentatie om ‘het verhaal dat we willen vertellen’ voor het voetlicht te brengen. Natuurlijk speelt een rol welke presentatievorm je voor ogen hebt. Wordt het een tentoonstelling van een aantal grote foto’s op een muur in een galerie of een fors boek met flink wat beelden en ook nog tekst. Er zijn natuurlijk veel meer presentatievormen zoals een website, een video, een krantenbericht, …… of een combinatie ervan. Bekijk eventueel de video van Marc Prüst in paragraaf 2.4 nog eens voor je keuze van het ‘type verhaal’ en ook zijn webinar in paragraaf 6.2 kun je desgewenst nog even opnieuw volgen.

En natuurlijk speelt bij de uiteindelijke keuze steeds je eerder gestelde ‘verhaaldoel(en)’ een bepalende rol. Ik ga ervan uit dat je veel meer foto’s hebt gemaakt dan je werkelijk nodig hebt om je verhaal te vertellen en evenzo dat je heel wat foto’s hebt die ‘heel veel op elkaar lijken’. Dus het editen gaat uiteindelijk over

  • a) welke foto uit eenzelfde reeks/onderwerp neem je ?
  • b) welke foto’s neem je om je verhaal te vertellen ?

Dan komt daar nog bij het bepalen van de volgorde en de editing is compleet …….

Het lijkt zo eenvoudig maar weet dat veel professionele fotografen met een digitale map met 10.000 foto’s beginnen en eindigen met pakweg een paar honderd en dan een professionele editor ‘inhuren’ om dat aantal -bijvoorbeeld in een boek- terug te brengen tot pakweg een kleine 100 foto’s.

In het interview ‘Meekijken met Carl de Keyzer‘ van Eefje Blankevoort  (Fotodok) lees ik de volgende alinea: Als Carl De Keyzer niet maandenlang op pad is vertoeft hij hier, in zijn prachtige huis met aangrenzende studio aan de rand van Gent. De benedenverdieping van de studio is gereserveerd voor De Keyzers grootste hobby: synthesizers. De bovenverdieping herbergt het levenswerk van de 53 jarige fotograaf. De archiefkasten puilen uit van de negatieven en prints. Op tafel liggen de prints van zijn laatste project, Moments before the flood, onheilspellende beelden waarin De Keyzer vastlegt hoe Europa omgaat met de dreiging van de klimaatopwarming. ‘Voor Moments had ik zo’n 30.000 verschillende opnames. Daarvan heb ik er 800 bewerkt en afgedrukt. Zelf heb ik er 400 uitgekieperd, de overige 400 heb ik aan een aantal mensen laten zien, waaronder mijn huidige vriendin, David van Reybroek en een aantal Magnum fotografen. Die laat ik dan de beste foto’s uitzoeken. Met film was het iets minder, nu schiet ik 2, 3 keer zo veel. Ik doe verder alles zelf; scannen, bewerken, photoshop, printen.’ [einde citaat] 

In het genoemde boek zijn er minder dan 200 opgenomen. Dus als advies … durf te kiezen en te laten kiezen.

Een praktijkvoorbeeld …. welke foto uit eenzelfde reeks/onderwerp neem je ?

Van maart 2014 tot eind 2016 werkte ik aan het documentaire project HUIS & HABITAT over twee kunstenaars die tevens kluizenaars waren en waarmee je kennis hebt gemaakt in § 4.3. Daarna ben ik begonnen aan het project ‘We komen niets te kort’ waaraan ik ook werkte tijdens een masterclass die ik bij Corinne Noordenbos volgde. Ik wil een paar voorbeelden uit dat project/masterclass laten zien in het kader van selecteren en editing.

In het kader van dit project bezocht ik in drie opvolgende jaren de -wat in de volksmond heette- de miljonairsfair. Ik beperk me hier tot het jaar 2016 (december) en neem daar enkele deelseries uit.

De eerste stap is om de foto’s die technisch niet naar mijn zin zijn of bij de eerste schouw mij niet veel zeggen in een map [weg_datum_voorlopig niet_naam] te plaatsen. Ik bewaar alles dus ook deze map. Een heel enkele keer kijk ik nog weleens in dit soort mappen.

Soms bewerk ik ze snel. Ik maak van de (relatief kleine) jpg’s een contactblad via Photoshop. Het kan ook via Lightroom en eventueel kun je een gratis Freeware programmaatje downloaden wat dit ook allemaal kan (en ook nog wel meer). Het is Fastone Image Viewer en kun je hier downloaden. Ik laat de bestandnaam altijd even mee printen waardoor ik de keuzefoto of foto’s later sneller kan vinden. In dit voorbeeld een aantal opnamen die ik gemaakt heb bij ‘het kijken en de verkoop’ van dure auto’s. Veel op de Miljonair Fair is kijken-niet kopen ……

Ik kan naar mijn idee niet meer dan één foto over dit onderwerp gebruiken voor het documentaire project (misschien zelfs geen een). Het is afhankelijk van het ‘totale verhaal’. Dus ik ga één (misschien voorlopig twee) uit deze negen foto’s selecteren. Laat ik mijn gedachten maar gewoon opschrijven. Grappig de 2e foto omdat de interesses van man en vrouw zo verschillende zijn. Foto 1 valt daarmee af. Foto 4 vertelt ook meer dan foto 3. De verbaasde blik van de man die in de auto zit zegt veel. Ja, foto 5… duidelijk wat beter gesitueerde ouders met hun zoon/schoondochter overleggen over de aanschaf ? Zit ook wel iets in van een rolverdeling…. Foto 6 en 7 moet ik in ieder geval uit kiezen. Foto 7 is beter in harmonie in samenhang voorgrond-achtergrond. Bovendien is de blik van de man in de auto intenser in die foto. Foto 8 is toch wel erg willekeurig, vind ik nu. In foto 9 bevalt me de uitdrukking van de man links wel maar de man in de auto verlies ik in het beeld door zijn kijkrichting.

Na deze overwegingen hou ik drie foto’s over: foto 2, 4 en 7. Eigenlijk gaan alle drie de foto’s wel over ‘auto’s en mannendingen’. Foto 2 vertelt door de houding van de man en de vrouw eigenlijk dat het meest subtiel naar mijn idee. Laat ik die voorlopig maar selecteren en dan neem ik voorlopig foto 4 als een soort reserve. Ik zie later wel bij de selectie (van de gehele serie) of foto 4 nog concurrerend zal zijn in relatie tot andere foto’s.

Bedenk wel dat dit niet meer is dan een voorbeeld van mijn werkwijze en iets laat zien hoe ik de foto’s van hetzelfde onderwerp benader. In de masterclass onder leiding van Corinne Noordenbos ging het onder andere over de werkwijze rondom de selectie.

Op dit contactblad (hierboven) staan twee serietjes waarvan ik er uit elk voorlopig één wil kiezen. in de foto’s van de dame bij de kapper is de eerste een duidelijke overzichtsfoto. Daar is eigenlijk niets mis mee en kan ik altijd gebruiken als dat in het totale project zou moeten. Maar de twee andere zijn sprekender wat mij betreft. Ik hou een beetje van het onverwachte, misschien wel het kleine missertje en daarom kies ik voor de derde omdat daar het hoofd van de man achter de zuil verdwijnt. Zoiets van ‘hij kijkt en hij kijkt niet’.

Met de foto’s van de vliegende stropdas ben ik ook snel klaar. Foto 3 is expressiever dan foto 1 en technisch beter dan 2. Foto 4 vertelt een andere verhaal, een abstracter verhaal en gaat eigenlijk bijna over het mysterie van zo’n dure stropdas ….. Voorlopig dus foto 4 als favoriet met foto 3 nog even als reserve.

Tot zover enkele overwegingen bij een paar kleine deelseries in het kader van een ‘groter’ verhaal.

Welke foto’s neem je om je verhaal te vertellen. we roepen nogmaals de hulp in van Marc Prüst bij deze vraag!

Deze vraag wordt voor een belangrijk deel beantwoord in de video-webinar van Marc Prüst te kijken. Het betreft Webinar #15 over editing. Prüst laat in die video zien hoe hij een verhaal opbouwt aan de hand van 5 items, wellicht kun je dat sleutelitems noemen. Dat opbouwen kan dus in een kleine serie van vijf foto’s, maar dat is ook uit te breiden tot een langer verhaal al dan niet met hoofdstukken. Het is een methodiek en ook hier geldt het is niet dé methodiek. Net zoals in paragraaf 4.1 de LIFE-formule niet als dé methodiek beschouwd moet worden,. Het zijn theoretische modellen waarmee je aan de slag kunt en afhankelijk van je type project en presentatievorm er iets mee kunt. Als je bijvoorbeeld voor een ‘typologisch verhaal’ kiest zal je op heel andere criteria je foto’s (moeten) kiezen.

Bekijk de Webinar #15van Marc Prüst hier. Mogelijk dat je nog even (gratis) moet inloggen bij Forhanna door je naam op te geven en je emailadres.

Ik hoop dat het praktijkvoorbeeld en de webinar van Prüst je weer iets verder hebben gebracht in de selectie en rangschikking van de foto’s in je eigen project. In de volgende en tevens laatste paragraaf van deze lessencyclus komen nog wat presentatiemogelijkheden aan de orde. Voor nu nog ‘het laatste woord’ aan Gerrit Meerman over zijn project Groundcontrol.

FOTOGRAAF IN BEELD

Gerrit Meerman over GROUNDCONTROL

Simmen

Mijn project is begonnen onder de titel THUIS, maar het werd uiteindelijk ‘Groundcontrol’. Het is een veel gebruikte term in de vliegwereld en het dekt de lading omdat mensen die thuis op de simulator vliegen alles op de grond onder controle hebben. Tevens is het een korte, krachtige titel (ook nog bekend van het lied van David Bowie, ‘Groundcontrol to major Tom’). Toen ik aanvankelijk ging werken onder het thema thuis, had ik nog geen idee hoe de uitwerking zou worden. Het doel was om te leren hoe je een documentaire serie moet maken. Ik nam deel aan een masterclass storytelling onder leiding van Rosa Verhoeve [1959 – 2018] ( Zilveren Camera 2005). Daar leerde ik dat het belangrijk is om zelf voeling te hebben met een bepaald onderwerp. Hoe dichter het bij jezelf staat, hoe beter het is!

Het onderwerp zelf had in het begin niet echt mijn de eerste aandacht. Immers het ging om te leren een documentair project op te zetten. Pas later groeide ik in het onderwerp. Toen kwam ik erachter dat ‘het Simmen’ -zeg maar professioneel flightsimulatie- erg onbekend is bij het grote publiek en dat er toch een flinke groep mensen is die zich daarmee bezig houdt. Mijn onderzoek richtte zich op wat voor mensen dat dan waren.

Onderzoek & omstandigheden

Als ‘vooropdracht’ moest ik iemand dicht bij mij in de buurt in huis portretteren en interviewen. Een persoon die ik niet goed kende, waarvan ik weinig wist en waar ik nog nooit binnen was geweest. Daar heb ik veel aan gehad toen ik later in het project, voor mij, onbekende mensen moest gaan benaderen om ze in hun thuissituatie te fotograferen.

Ik had moeite om een project te bedenken onder het thema ‘thuis’. Ik kam pas op een idee toen een stagiaire van me -met vliegbrevet- vertelde dat hij een kennis had die beter kon nachtvliegen dan hij en dat leerde op een flightsimulator in de woonkamer. Toen is het idee geboren voor mijn serie Groundcontrol. Door computerclubs te bezoeken heb ik de eerste contacten kunnen leggen.

Het was snel duidelijk dat ik in het kader van het thema ‘thuis’ de mensen in hun vertrouwde omgeving wilde fotograferen tijdens het uitoefenen van hun hobby/passie. De omgeving van de persoon speelde daarbij een belangrijke rol omdat ik weer wilde geven welk soort mensen deze hobby bedrijven. In eerste instantie had ik een concept  van een persoon op de rug gefotografeerd met veel omgeving er omheen. Dat heb ik snel los moeten laten omdat de situatie zich daar meestal niet voor leende. Ik moest op elke locatie heel erg improviseren om de persoon én omgeving goed in beeld te krijgen. Wel wilde ik zo ‘objectief’ mogelijk alles in beeld brengen. Binnen de masterclass en ook in de landelijke BMK-groep zijn de foto’s uitvoerig besproken. Uiteindelijk heb ik er ruim drie jaar aan gewerkt en heb binnen Nederland ongeveer 3500 km gereden om ‘Simmers’ door het hele land te bezoeken.

Project

In mijn project wilde ik graag antwoord krijgen op ‘de mens achter deze hobby’: welke mensen bedrijven deze hobby? Dat varieerde van garagehouder, magazijnmeester tot piloot, politieagent, huisvrouw, student etc. Ook wilde ik weten wat hun achtergrond was, hoeveel tijd ze in de hobby staken en hoeveel studie het had gekost. Het werd steeds duidelijker dat het niet om een eenvoudig computerspelletje ging maar dat het zeer serieus was. Menig Simmer was in staat om ook in het echt een Boeing 737 aan de grond te zetten. Een groot aantal had uiteindelijk ook in het echt een vliegbrevet gehaald en een aantal jongeren zijn de pilotenopleiding gaan doen.

In het begin heb ik me niet bezig gehouden over het aantal of over de eindvorm in presentatie. Ik wilde vooral onderzoek doen en foto’s maken. Na zo’n 25 personen had ik het idee dat er genoeg foto’s gemaakt waren en dat ik anders misschien in herhalingen zou vervallen. Pas veel later ontstond het idee om naar een boekvorm toe te werken. Een boek met één grote foto van elk gefotografeerd persoon met achterin het boek korte teksten van iedere persoon.

Uitvoering

Het fotograferen op locatie bracht elke keer weer uitdagingen met zich mee. Vaak krappe huiskamers, studiekamers of andere ruimtes waardoor ik geen afstand kon nemen om het geheel erop te krijgen. Soms moest ik meerdere foto’s maken en later samenvoegen om tot één geheel te kunnen komen.

Het vinden van onbekende mensen die gefotografeerd wilde worden was een moeizaam proces. De meesten waren niet happig om zich thuis te laten fotograferen. Het vertrouwen moest gewonnen worden en duidelijke afspraken over het gebruik van de foto’s waren belangrijk.

De serie GROUNDCONTROL behaalde een eervolle derde plaats voor de Martien Coppens Prijs. In het juryrapport lezen we: “Een sterke verbeelding van een echt hedendaags ritueel. Simmers zijn Flight Simulator Piloten, die thuis virtueel de rituelen van het opstarten van een vliegtuig nabootsen. Een duidelijk hedendaags onderwerp, goed gecast en consequent in beeld gebracht. Als kijker voel je ook een rare, steriele leegte, die op een of andere manier uitdrukking geeft aan de huidige technologische tijd. Een reeks die balanceert op het randje van documentaire en conceptuele fotografie.” Daarna volgde nog een publicatie van 18 pagina’s in het kwartaal magazine Hollandse Beelden én een aankoop van 12 foto’s door het Rijksmuseum in Amsterdam. Een geweldige waardering voor dit documentair project en fotograaf Gerrit Meerman.

Uiteindelijk heb ik iets verteld over wat voor veel mensen onbekend is. Ik heb nog steeds een tentoonstelling voor ogen met daarbij een mooi boek. Door de huidige Corona ligt alles een beetje plat. Het blijkt ook erg moeilijk te zijn om dit werk ergens tentoon te stellen. Het is een soort conceptuele documentaire fotografie geworden en dat moet maar net ergens in de programmering van een museum passen. Als ik zoiets gevonden heb, ga ik denken aan een boek. Dat is namelijk een zeer kostbare kwestie als het om een kwalitatief goed boek gaat met onder andere een professionele vormgever en uitgever.

Goede raad voor ons ?

Het is voor mij meer dan de moeite waard geweest. Gestart met wat vage gedachten om vervolgens steeds meer vat op het thema en de uitwerking te krijgen. Het is wel duidelijk dat als je een documentair project begint en tot een goed einde wilt brengen, je er vol in moet duiken. Mijn belangrijkste leerervaringen zijn mensen te benaderen, te interviewen en het verhaal meer diepgang te geven. Ook in het selecteren van het gemaakte materiaal heb ik stappen gemaakt. De uitdrukking ‘kill your darlings’ is echt waar! Uiteindelijk is mijn eigen grootste winst dat ik meer over een onbekend onderwerp -een fenomeen zo is gebleken- te weten kwam door al die ontmoetingen. Ik vond het heel erg leuk om te doen, ondanks alle hobbels die genomen moesten worden.

Met dank aan Gerrit Meerman voor de foto’s van de Simmers en de ‘inkijk’ in zijn project GROUNDCONTROL. Een openhartige inkijk, wil ik benadrukken. Dit interview en de andere hieraan voorafgaande leren ons dat er niet één aanpak is die bepalend is. Niet alleen nopen de onderwerpen en thema’s tot een wat specifieke werkwijze maar ook de fotograaf speelt een belangrijke rol. Elders in deze lessencyclus is kort aan de orde geweest het verschil tussen fotografen die intuïtief te werk gaan en degenen die een meer conceptuele aanpak voorstaan. Kies derhalve voor een thema/onderwerp dicht bij jezelf en hanteer een werkwijze die je ligt! Succes en op naar de volgende paragraaf, de laatste!